Bij uitgeverij Matrijs in Utrecht is dit boek uitgegeven. In 1950 was het herstel van de oorlogsschade grotendeels achter de rug en werd begonnen met een forse uitbreiding van het Nederlandse wegennet. De grote toename van de mobiliteit zorgde er voor dat er vele nieuwe bruggen gebouwd moesten worden. Voor de versterking van het Nederlandse spoorwegnet waren ook veel nieuwe bruggen nodig. Een groot aantal technici was bij de aanleg van deze spoor- en verkeersbruggen betrokken.
Het boek beschrijft de innovatieve wijze waarop de bruggenbouw tussen 1950 en 1985 gestalte kreeg. Meestal krijgen de ingenieurs die deze bruggen hebben ontworpen weinig of geen aandacht. Wie waren die deskundigen achter al die nieuwe bruggen? Enkele daarvan zijn nog in leven en hebben op heldere wijze hun kunstwerken beschreven. Van de overleden ontwerpers hebben auteurs, veelal collega’s, de taak op zich genomen om naast enige biografische gegevens ook de door hen ontworpen bruggen tot hun recht te laten komen. Deze brugontwerpers hanteerden, zeker in het begin van deze periode, in onze ogen verouderde en tijdrovende rekenmethodes. Toch waren zij in staat vele indrukwekkende voorzieningen tot stand te brengen.
De rijk geïllustreerde uitgave brengt de prestaties van deze generatie vooraanstaande brugontwerpers van na de Tweede Wereldoorlog in beeld. Zij zijn het die een groot stempel hebben gedrukt op de vele technische ontwikkelingen in de Nederlandse bruggenbouw.
Het boek is tot stand gekomen onder redactie van ing. B.H. Coelman en ir. H.P. Klooster, waarbij M. Otto de eindredactie heeft verzorgd.
ISBN 978 90 5345 342 1
€ 24,95