door ir. H.P. Klooster
De jaarlijkse excursie van de NBS zou dit jaar voor de tweede keer naar het buitenland gaan. De keuze viel op Gent. Leo Wagemans kende daar een medelid van de IABSE: professor Philippe van Bogaert. Hij is verbonden aan de universiteit van Gent en heeft als leerstoel bruggenbouw. Hij adviseert ook de NMBS (de nationale Belgische spoorwegmaatschappij) bij de bouw van spoorbruggen. En de stad Gent heeft ook vele oude en nieuwe bruggen, dus zeker een goed doel voor een excursie van de NBS. Leo delegeerde de organisatie van deze excursie aan mij, omdat ik ‘vlak bij Gent woon’. Ik was uiteraard wel een aantal malen in Gent geweest, maar niet direct om naar bruggen te kijken. Daar wist ik dus weinig van af. Daarom heeft Philippe van Bogaert met de heren de Baets (afb. 1)en Coene (afb. 2) van de Stad Gent uitgezocht welke bruggen we het best konden bezoeken. Dat resulteerde in een aantal bruggen buiten het centrum van de stad en een aantal in het centrum. De bruggen buiten de stad zouden met de bus worden bezocht en die in het centrum lopend en met een rondvaartboot. Aldus stond het raamwerk van de excursie vast.
De busrit van Den Haag naar Gent werd voorbereid door Hans Rhee. Dat werd vroeg opstaan voor de deelnemers, want de deelnemers aan de excursie werden om 10.15 uur verwacht op de campus van de universiteit, het technologiepark Zwijnaarde. Daar werden we in de kantine van het gebouw van de vakgroep voor Civiele Techniek met koffie en koek welkom geheten door professor Philippe van Bogaert (afb. 3), die ook de heren De Baets en Coene aan het gezelschap voorstelde.
Na de koffie gingen we met de bus naar de brug over de Ringvaart, die door professor Vanderpitte was ontworpen. Dit is een fraaie hangbrug over een groot sluizencomplex (afb. 4 en 5). De tweede brug, die we bezochten was een betonnen boogbrug (afb. 6) in een fraaie omgeving. In de stad wordt een vroeger gedempte verbinding tussen Leie en Schelde weer open gegraven en daar zijn dus weer nieuwe bruggen nodig en een sluis (afb. 7). Naast de sluis verschijnt een fraai dienstgebouw.
Na de busrit gingen we naar de oude stad, waar we helaas door de stromende regen naar de rondvaartboot wandelden. Het regende zó hevig dat we even in een mooie kerk hebben geschuild. Nabij de oude draaibrug tussen Graslei en Korenlei stapten we in de boot, waar we ons lunchpakket konden opeten en een gids ons op humoristische wijze allerlei wetenswaardigheden over Gent vertelde. De rondvaartboot was gelukkig overdekt met parasols want helaas regende het een groot gedeelte van de tocht. De parasols werden bij elke lage brug hydraulisch omlaag gehaald om de brug te passeren. Niet minder dan 19 bruggen konden we vanuit de rondvaartboot goed bekijken. Vele bruggen waren beweegbaar. Over de Lieve, de Leie en de Schelde zijn vrijwel alle mogelijke brugtypen in Gent vertegenwoordigd, mooie gewelven met korfbogen en zelfs spitsbogen (afb.8), oude ijzeren draaibruggen, nieuwe draai-tuibruggen, een fraaie nieuwe klapbrug en zelfs een bebouwde brug (afb.9). Een gedeelte van de verbinding tussen Leie en Schelde is overdekt met twee gewelven, die vanwege de grote lengte zijn aangelicht. Het voert te ver om in dit kort artikeltje deze bruggen uitvoerig te beschrijven. Er is echter wel een collage van deze fraaie bruggen opgenomen. (afb. 10 en 11). Zeer merkwaardig was een ijzeren portaalbrug (afb. 12). Op een aantal bruggen waren mooie beeldhouwwerken aangebracht. Wellicht voelt een van de excursiedeelnemers de behoefte om over deze karakteristieke en interessante bruggen eens wat meer te schrijven.
Na de lange maar interessante rondvaart was iedereen wel koud en klam geworden. In Gent is dat gelukkig geen groot probleem. In een fraaie omgeving konden we lekker warm van een drankje genieten. Ondanks de vele regen waren er toch nog enige enthousiastelingen, die nog wel een brug in aanbouw wilden zien en daar een wandeling van een kwartiertje voor over hadden. Over de Ringvaart wordt een trambrug gemaakt, waaraan tevens een fiets-voetbrug is gekoppeld. De tramlijn is echter alleen bedoeld voor tramverkeer naar een aan de overkant te bouwen tramremise en werkplaats. Wie de brug wil zien en beleven moet dus lopen of op de fiets. (afb. 13).
Na afloop van de excursie begaven we ons naar het restaurant ‘De Acht Zaligheden’, waar we een smakelijk diner kregen. De drie mensen, die ons bij deze excursie hebben begeleid, de heren Van Bogaert, De Baets en Coene) kregen het boek over de Nederlandse bruggenbouwers aangeboden.
Ondanks de vele regen vonden de deelnemers het toch een geslaagde excursie en wellicht heeft dit bij de deelnemers de behoefte aangewakkerd om de fraaie stad Gent nog eens bij beter weer te bezoeken.